Nieuwe sociale premies per 1 januari
Elke jaar veranderen de sociale premies per 1 januari en soms ook per 1 juli. Het gaat daarbij om de premies, Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof ), de werkgeversheffing zorgverzekering (ZVW) en de Ww-premie. Hieronder de veranderingen op een rij.
Werkloosheid
Werkgevers betalen sinds 1 januari 2020 via de premies werknemersverzekeringen geen sectorpremie WW meer, maar een gedifferentieerde premie voor het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf). Per 1 januari daalt de Awf-laagpremie licht van 2,94% naar 2,70%, net als de hoge premie, die daalt van 7,94% naar 7,70%. De rekenpremie van de Werkhervattingskas (Whk) stijgt licht van 1,28% naar 1,36%. Normaal moet een werkgever voor een werknemer die meer dan 30% heeft overgewerkt alsnog een hogere werkloosheidspremie betalen. De minister van SZW heeft vanwege de coronavirus besloten dat dat over 2020 niet hoeft.
Arbeidsongeschiktheid
De premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) stijgt van 6,77% naar 7,03%. Het kabinet is van plan om de berekening voor de Aof-premie in de toekomst te wijzigen. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), Wouter Koolmees, diende onlangs een wetsvoorstel in voor premiedifferentiatie, met een lage premie voor kleine werkgevers en een hoge premie voor middelgrote en grote werkgevers. Met de lagere premie wil het kabinet de loondoorbetalingsplicht bij ziekte voor het kleinbedrijf compenseren. Lees hier meer over in ons andere nieuws.
Zorgverzekering
De werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (ZVW) stijgt per 1 januari van 6,70% naar 7,0%. Daarbij geldt het maximumbijdrageloon van € 58.311 (€ 57.232 in 2020). Over het loon boven dit bedrag hoeft u geen heffing te betalen. Voor sommige werknemers hoeft u geen werkgeversheffing te betalen. De werknemer betaalt dan zelf de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW. Deze werknemersbijdrage stijgt per 2021 van 5,45% naar 5,75% van het bijdrageloon. Onderstaande werknemers betalen zelf de ZVW:
- ex-werknemers zonder nieuwe werkgever;
- pseudowerknemers: dit zijn werknemers die samen met de werkgever kiezen om de arbeidsverhouding aan te merken als fictieve dienstbetrekking;
- directeur-grootaandeelhouders die niet verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen.