Arbeidsrelatie: zelfstandige of werknemer
De overheid wil de grote verschillen die bestaan tussen zelfstandigen en werknemers met een vaste arbeidsovereenkomst verkleinen en zo ongelijkheid en onrechtvaardigheid tegengaan. Werkgevers moeten opletten of er geen sprake is van schijnzelfstandigheid als zij een zzp’er inhuren. In dat geval werkt een zelfstandige op zo’n manier dat in feite sprake is van verkapt dienstverband. Wetgeving moet criteria bieden om te bepalen of dit zo is.
De wet Vbar
Met het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) wil de overheid schijnzelfstandigheid tegengaan en duidelijke criteria bieden om te toetsen of er sprake is van een arbeidsrelatie – en iemand dus werknemer is – of als zelfstandige arbeid verricht. Het wetsvoorstel Vbar is een van de maatregelen om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. De overheid wil ook de fiscale voordelen voor zzp’ers verkleinen en een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering invoeren.
Arbeidsrelatie
In de wet staat dat als iemand werkzaamheden verricht ‘in dienst van’ een ander, deze persoon een arbeidsovereenkomst heeft. Een van de kenmerken van werken in dienst is het bestaan van een gezagsverhouding. Wanneer daar precies sprake van is, staat niet in de wet. Door verschillende uitspraken van de Hoge Raad (jurisprudentie), zoals die over Deliveroo en Uber, wordt dit steeds duidelijker. In de Wet Vbar wordt deze jurisprudentie verwerkt. Dat moet duidelijke kenmerken opleveren voor ‘werken in dienst van’.
Toetsingskader
Deze kenmerken vormen een nieuw toetsingskader om te bepalen wanneer er sprake is van ‘werken in dienst van’. Uit de jurisprudentie zijn 2 hoofdelementen gevormd:
- werken onder werkinhoudelijke en organisatorische sturing (W van werknemerschap);
- werken voor eigen rekening en risico (Z van zelfstandige).
Om te kunnen beoordelen welke arbeidsrelaties van toepassing is, zijn er per hoofdelement 5 indicaties geformuleerd, die wijzen op Werknemerschap of Zelfstandige.
Werknemerschap (W)
- De werkgevende is bevoegd om aanwijzingen en instructies te geven over de manier waarop de werkende het werk moet uitvoeren en de werkende moet deze ook opvolgen.
- De werkgevende kan de werkzaamheden van de werkende controleren en is bevoegd om op basis daarvan in te grijpen.
- De werkzaamheden worden verricht binnen het organisatorisch kader van de organisatie van de werkgevende.
- De werkzaamheden hebben een structureel karakter binnen de organisatie.
- Werkzaamheden worden zij-aan-zij verricht met werknemers die soortgelijke werkzaamheden verrichten.
Zelfstandige (Z)
- De financiële risico’s en resultaten van de werkzaamheden liggen bij degen die het werk verricht.
- De werkende zorgt voor een zelfstandige uitvoering van de werkzaamheden. Dit is ook voor derden duidelijk.
- De werkende beschikt over een specifieke opleiding, werkervaring, kennis of vaardigheden, die in de organisatie van de werkgevende niet structureel aanwezig is.
- Er is sprake van een korte duur van de opdracht en/of een beperkt aantal uren per week.
- Er is sprake van kenmerken van de werkende die wijzen op ondernemerschap voor soortgelijke werkzaamheden. Oftewel: de werkende doet dit werk ook voor anderen.
Rechtsvermoeden
De Wet Vbar omvat ook het begrip rechtsvermoeden om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Als iemand arbeid verricht voor een lager uurtarief dan € 37 per uur, duidt dat op een vermoeden van ‘werken in dienst van’, dus van werken op basis van een arbeidsovereenkomst. Dit geeft werkenden de mogelijkheid hierop een beroep te doen en bij degene voor wie hij het werk verricht werknemerschap te claimen en dezelfde rechten en plichten te eisen als werknemers in vast dienst hebben.
