Checklists
Laatst gewijzigd op: 28 februari 2023
RI&E

Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E)

Iedere werkgever moet een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) hebben. Het doel van een RI&E is de arbeidsrisico’s in kaart brengen. Als je weet welke dat zijn en hoe je ze kan voorkomen, voorkom je uitval door ongelukken en ziekte. In het bijbehorende Plan van Aanpak staat op welke wijze risico’s kunnen worden beperkt of voorkomen. Een actuele RI&E met het Plan van Aanpak zijn wettelijk verplicht. De arbeidsinspectie controleert steekproefsgewijs of organisaties een actuele RI&E en Plan van Aanpak hebben.

Eisen aan de RI&E

De RI&E moet aan bepaalde eisen voldoen. Zo bevat elke RI&E:

  • een overzicht van de risico’s die het werk met zich meebrengt inclusief de benoeming van de onderliggende oorzaken van elk risico;
  • een beschrijving van de gevaren en de risico-beperkende maatregelen;
  • een overzicht van de risico’s voor bijzondere categorieën werknemers, zoals jeugdige werknemers en zwangere werknemers of medewerkers die borstvoeding geven.

TIP: Ook actuele zaken zoals thuiswerken en seksuele intimidatie moeten een plek krijgen in de RI&E. Is er sprake van structureel thuiswerken dan moet een werkgever in de RI&E de arbeidsrisico’s van het thuiswerken in kaart brengen, zoals fysieke en psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Dat geldt ook voor seksuele intimidatie, voortaan ook aangemerkt als vorm van PSA. De risico’s daarop moeten dus ook in de RI&E.

Hoe maak je een RI&E?

Als HR-professional ben je verantwoordelijk voor het in kaart brengen van arbeidsrisico’s en het ontwikkelen van het beleid voor een veilige en gezonde werkomgeving. Je kan op verschillende manieren een RI&E maken:

  • Is jouw organisatie lid van een branchevereniging, dan kan je gebruik maken van het RI&E-instrument van de branchevereniging. Deze hoef je niet te laten toetsen door een arbodeskundige.
  • Je kan ook gebruik maken van de applicatie ‘Route naar RI&E’ van het Steunpunt RI&E. Met deze app doorloop je alle stappen die nodig zijn bij het maken van een volledige RI&E. Na het doorlopen van deze stappen heb je een goede basis voor je RI&E. Je moet de RI&E wel nog laten toetsen door een gecertificeerde arbodeskundige.
  • Je kan ook tegen een vergoeding een arbeidsdeskundige opdracht geven een RI&E en Plan van Aanpak te laten opstellen. Het voordeel is dat je deze RI&E niet meer hoeft te toetsen, nadeel is dat je minder betrokken bent bij het proces.
  • Je kan ook zelf een RI&E maken door bijvoorbeeld met de preventiemedewerker, OR of PVT de risico’s binnen jouw organisatie in kaart te brengen. Deze moet je nog wel even laten toetsen door een gecertificeerde arbodeskundige.

TIP: De toetsing van de RI&E kost geld en moet worden gedaan door een gecertificeerde arbodeskundigen. Vraag voor toetsing offertes op bij meerdere arbodeskundigen. Als je een contract hebt met een gecertificeerde arbodienst is toetsing vaak al inbegrepen. Toetsing is niet nodig als je een branchevoorbeeld gebruikt of zelf een erkende arbodeskundige de RI&E op laat stellen.

Risico-inventarisatie

Een makkelijke manier om de verschillende risico’s voor uw organisatie in kaart te brengen is om deze te categoriseren. Bij een bouwbedrijf lopen medewerkers andere risico’s dan op een standaard kantoor. Verschillende typen risico’s zijn:

  • psychosociale risico’s: emotioneel zwaar werk, werkdruk, stress, agressie op het werk, onregelmatige werktijden, nachtdiensten;
  • fysieke risico’s: denk aan tillen, kracht zetten, werken in een ongemakkelijke houding, lang staan, trillingen, langdurig beeldschermwerk;
  • veiligheidsrisico’s: valgevaar, risico op verwonding, aanrijdgevaar, werken met gevaarlijke stoffen of straling, werken in de kou of hitte, werken in een lawaaierige omgeving.

TIP: Bij arbeidsrisico’s denken veel werkgevers aan fysieke risico’s als het tillen van zware spullen. Maar de meest voorkomende risico’s zijn de risico’s van psychosociale, arbeidsbelasting (PSA), zoals werkstress en pesten op de werkvloer. Dit kan emotioneel zwaar zijn en effect hebben op de productiviteit en het welzijn van uw werknemers. Zorg dat hier in de RI&E aandacht voor is.

TIP: Werken jullie met gevaarlijke stoffen in de organisatie? Sinds 1 januari 2023 is er dan een Aanvullende Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (ARIE) nodig. Daarnaast moeten ARIE-plichtige bedrijven zich aanmelden bij de Nederlandse Arbeidsinspectie.

Risico-evaluatie

Nadat de verschillende risico’s in kaart zijn gebracht, kun je ze prioriteren. Welke risico’s zijn het grootst in jouw organisatie? Deze komen bovenaan te staan. Met onderstaande vragen kan je de risico’s makkelijk prioriteren:

  • Hoe groot is de kans op dit risico?
  • Hoe vaak wordt men blootgesteld aan dit risico?
  • Hoeveel werknemers lopen er gevaar?
  • Wat zijn de mogelijke gevolgen van dit risico?
  • Welke risico’s kunnen schade veroorzaken aan de werknemers, apparaten of het productieproces
  • Welke risico’s vinden de werknemers het belangrijkst?

Plan van Aanpak

De risico’s met de meest zware gevolgen komen bovenaan te staan en moet je als eerst aanpakken. Dit zijn dus de belangrijkste hoofdstukken in het Plan van Aanpak, wat volgt op de RI&E. In het Plan van Aanpak staan alle maatregelen die je neemt om de gevolgen van de risico’s zo veel mogelijk te beperken. Denk aan het regelen van gehoorbescherming bij geluidsoverlast of het verzorgen van goede richtlijnen voor werknemers die veel achter een computer werken.

Preventiemedewerker

Elke organisatie met meer dan 25 werknemers moet ook een preventiemedewerker aanstellen. Dat is een medewerker die speciaal is belast met de uitvoering van het arbobeleid. Meestal is het iemand van de werkvloer. Bij minder dan 25 werknemers mag de werkgever ook zelf de rol van preventiemedewerker op zich nemen. De wettelijke taken van de preventiemedewerker zijn:

  • het (mede) opstellen en uitvoeren van de (RI&E), met betrokkenheid van de medezeggenschap;
  • het overleggen met de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging over de te nemen maatregelen voor een goed arbeidsomstandighedenbeleid;
  • het uitvoeren van de in de RI&E aangegeven maatregelen;

Naast deze drie wettelijke taken kan het takenpakket in overleg met de werkgever worden uitgebreid met:

  • het bijhouden en registreren van bedrijfsongevallen;
  • het vervullen van de rol van vertrouwenspersoon;
  • het organiseren van de samenwerking met de bedrijfshulpverlening.

Toetsing RI&E

De RI&E mag voortaan alleen nog maar getoetst worden door gecertificeerde arbo-deskundigen zoals de arbeids- en organisatiedeskundige (A&O’er), de arbeidshygiënist (AH), de hoger veiligheidskundige (HVK’er) en de BIG-geregistreerde bedrijfsarts (BA). De toetsing bestaat uit een systeemtoets en een scopetoets. Bij een systeemtoets beoordelen de deskundigen de RI&E op vier algemene eisen: volledigheid, betrouwbaarheid, actualiteit en actuele inzichten. Blijkt uit de systeemtoets dat een onderdeel onvoldoende beschreven is, dan is een extra scopetoets verplicht.

Actualiseren RI&E

Er bestaat geen wettelijke verplichte termijn voor de geldigheidsduur van de RI&E. De Arbowet vermeldt dat de RI&E actueel moet blijven. Dat betekent dat je de RI&E moet aanpassen bij grote veranderingen, denk aan nieuwe of andere werkmethoden, aanschaf van nieuwe machines of productielijnen of invoering van nieuwe taken. Daar hoort natuurlijk ook het wijzigen van het Plan van Aanpak bij. Als er geen ingrijpende zaken gebeuren is het verstandig de RI&E eens in de drie jaar door te lopen en waar nodig aan te passen.

Rol ondernemingsraad en PVT

Voor de medezeggenschap is veilig en gezond werken vaak topprioriteit. De ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging heeft wettelijk instemmingsrecht over het opstellen en uitvoeren van de RI&E en het Plan van Aanpak. Niet alleen over het uiteindelijke rapport, maar ook over de strategie en het beleid. Dat geldt ook als de werkgever alles overlaat aan een arbodienst. Het is daarom van belang dat HR en de preventiemedewerker doorlopend contact hebben met de medezeggenschap over de RI&E en het PvA. Betrekt u de OR niet tijdig bij het proces, dan is de kans groot dat de OR achteraf niet instemt.