Misstandenmelder verliest hoger beroep tegen werkgever
Een consulent van detacheringsbureau Eiffel ziet dat haar jaarcontract niet wordt verlengd, ondanks redelijke evaluaties. Volgens de werkneemster komt dat door het feit dat ze misstanden heeft gemeld. Ze beschuldigt Eiffel van ernstig verwijtbaar handelen en slecht werkgeverschap en eist een schadevergoeding en ontslagvergoeding. Als de kantonrechter deze verzoeken afwijst gaat ze in hoger beroep. Maar ook daar ziet de rechter niet dat de melding van vermeende misstanden de oorzaak is van het niet verlengen van het contract.
Beoordelingsgesprek
Al snel na haar indiensttreding loopt de medewerker naar eigen zeggen tegen problemen aan. Een toegezegde bedrijfsauto komt er niet, er moeten meer dossiers behandeld worden dan waar tijd voor is en collega’s kunnen zomaar de mailbox van anderen gebruiken. Ze stuurt haar leidinggevende een lijst van klachten door, die aangeeft op zoek te gaan naar een goede oplossing en er ook op terugkomt. De plooien lijken gladgestreken: tijdens het beoordelingsgesprek spreken leidinggevende en werknemer nog van een wat stroeve start, maar volgen ook veel complimenten en flink wat verbeterpunten.
Vertrouwenspersoon
Een paar maanden later constateert de consultant dat het mailboxprobleem nog steeds bestaat en stapt naar de vertrouwenspersoon. Daar geeft ze aan een klacht te willen indienen bij de klachtencommissie. Een week later krijgt ze te horen dat haar contract niet wordt verlengd. Dat kan geen toeval zijn, denkt de consulent. Maar dat blijkt toch zo te zijn. Eiffel kan aantonen dat de drie personen die het besluit hebben genomen het contract niet te verlengen niet op de hoogte waren of konden zijn van de voorgenomen klachtenmelding.
Geen onderbouwing
Er is dus geen sprake van ernstig verwijtbaar handelen en daarmee ook geen aanspraak op een billijke (ontslag)vergoeding. Is er dan sprake van slecht werkgeverschap, een grond voor schadevergoeding? Ja, vindt de consulent. Doordat Eiffel zich in- of extern negatief heeft uitgelaten over haar, is het moeilijker een nieuwe baan te vinden. Helaas mist elke onderbouwing van die uitlatingen. De rechter kan dus niets anders doen dan om die eis opnieuw af te wijzen. [ECLI:NL:GHARL:2024:2057]