Checklists
Laatst gewijzigd op: 5 april 2015

Arbo-subsidies

Goede arbeidsomstandigheden zijn belangrijk. Echter, de kosten voor betere arbo middelen kunnen flink oplopen. Er zijn er verschillende subsidieregelingen die organisaties stimuleren om werk te maken van hun arbobeleid. U kunt bijvoorbeeld subsidie ontvangen voor het in dienst nemen van mensen met een Wajonguitkering of iemand die valt onder de Participatiewet.

In onderstaande checklist vindt u een overzicht van belangrijke subsidies waar uw organisatie misschien aanspraak op kan maken.

Scholingssubsidies

Soms hebben uw werknemers op het gebied van arbo en veiligheid (bij)scholing nodig. U kunt misschien een beroep doen op het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds (O&O-fonds) van uw branche.

O&O-fondsen verstrekken subsidie voor uiteenlopende opleidingen van werknemers. Sommige fondsen bieden zelf opleidingen aan of ontwikkelen scholingsprojecten voor de sector. Alle O&O-fondsen hebben loopbaanadviseurs die u kunnen helpen bij scholings- en opleidingstrajecten voor uw werknemers. Een overzicht van erkende O&O-fondsen vindt u bij het Agentschap SZW.

Gedeeltelijk arbeidsgeschikten

Neemt u of houdt u iemand in dienst die valt onder de Participatiewet, of iemand met een WIA- of WAO-uitkering? Dan krijgt u tijdelijk korting op de WIA/WAO- en WW-premie. Met de rekenhulp financieel CV van UWV en op de website van de Belastingdienst kunt u gratis berekenen welke tegemoetkoming u kunt krijgen.

Wajong

Voor werknemers met een Wajong-uitkering geldt een speciale regeling: loondispensatie. Kan een werknemer met een Wajong-uitkering door zijn ziekte of handicap minder aan dan uw andere werknemers? Dan mag u tijdelijk minder loon betalen aan deze werknemer. Het UWV vult het loon van deze Wajonger aan tot maximaal het bedrag dat hij ontving voordat hij bij u ging werken.

De loondispensatie kan een halfjaar tot vijf jaar duren. Verlenging is mogelijk, maar het is de bedoeling dat de werknemer hetzelfde gaat verdienen als andere werknemers. U vraagt loondispensatie aan met het formulier Aanvraag loondispensatie Wajong. Een arbeidsdeskundige van UWV beoordeelt dan of uw werknemer minder presteert door zijn ziekte of handicap. Met dit oordeel stelt de arbeidsdeskundige vast hoeveel loon u moet betalen.

Wilt u mensen die moeilijk plaatsbaar zijn in uw organisatie aanstellen? Neem hierover contact op met het UWV. Zij kunnen u informeren over de mogelijkheden.

No-riskpolis

Neemt u een werknemer in dienst die een arbeidsongeschiktheids- of Wajonguitkering ontvangt, dan kunt u naast premiekorting ook aanspraak maken op de no-riskpolis. Deze polis houdt in dat u:

  • een Ziektewet-uitkering voor uw werknemer kunt krijgen als hij ziek wordt;
  • geen hogere premie hoeft te betalen voor de Ziektewet;
  • geen hogere premie hoeft te betalen als hij in de WGA komt.

De polis geldt voor vijf jaar.

Proefplaatsing

Wilt u iemand met een WAO-, WIA-, WAZ-, Wajong-, Ziektewet- of WW-uitkering in dienst nemen? Of iemand die moeilijk aan werk komt en van wie u niet weet of hij geschikt is voor de functie? Dan kan deze werknemer een proefplaatsing krijgen. Hij of zij werkt dan twee maanden bij u met behoud van zijn uitkering. U hoeft dan geen loon te betalen. Deze periode is net zo lang als de maximale proeftijd bij begin van een dienstverband. Dat is meestal genoeg om te kijken of de werknemer geschikt is.

Na een proefplaatsing mag u geen proeftijd meer afspreken met de werknemer. Bovendien moet u de bedoeling hebben om de werknemer na de proefplaatsing een dienstverband aan te bieden van minimaal 6 maanden. Vraag bij het UWV na wat de mogelijkheden zijn.

Interne jobcoach

Als uw organisatie subsidie wil ontvangen voor een interne jobcoach, moet u aan een aantal voorwaarden voldoen. Neemt u een werknemer aan met een langdurige ziekte of handicap, dan kunt u bij UWV subsidie aanvragen voor het begeleiden van deze werknemer naar of in een baan door een interne jobcoach.

Het moet gaan om een werknemer van wie UWV heeft vastgesteld dat hij structureel functionele beperkingen heeft en die een loonwaarde heeft van minimaal 35% van het wettelijk minimumloon. De werknemer moet een dienstverband van minstens zes maanden krijgen, waarbij deze ten minste 12 uur per week werkt. Let op: De regeling geldt niet voor mensen die onder de Participatiewet vallen.

Sinds 1 januari 2015 is de werkkostenregeling verplicht voor alle organisaties. U kunt de arbo voorzieningen  op nihil waarderen. Dat houdt in dat ze niet ten koste gaan van de vrije ruimte.

Mobiliteitsbonus

Neemt u een werknemer in dienst van 56 jaar of ouder, dan kunt u aanspraak maken op het Loonkostenvoordeel. Uw werknemer kan een doelgroepverklaring LKV aanvragen. Hiermee heeft u misschien recht op het LKV. Heeft deze werknemer een ziekte of handicap, dan heeft u geen doelgroepverklaring van hem nodig.

Arbovoorzieningen

Om ervoor te zorgen dat uw werknemers op een veilige manier hun werk kunnen blijven doen, moet u soms arbeidsmiddelen voor hen aanschaffen. Denkt u bijvoorbeeld aan een veiligheidsbril, beschermende kleding of speciale schoenen. Maar ook aan een aanstellingskeuring of een EHBO-cursus. U kunt deze middelen onbelast vergoeden of verstrekken.

Veiligheid kleine bedrijven

U kunt nog steeds gebruik maken van de gratis veiligheidsscan uit de Regeling Veiligheid Kleine Bedrijven (VKB). Deze scan helpt u bij het verbeteren van de veiligheid in uw bedrijf. Met de scan brengt een adviseur van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV) de veiligheidsrisico’s in kaart. Vervolgens geeft hij u (gratis) advies over eventuele maatregelen.

Ondernemers met maximaal 50 werknemers of vijf vestigingen komen hiervoor in aanmerking. Deze regeling van het ministerie van Justitie en Veiligheid loopt in 2021 af.

Bedrijfsfitness

Het is mogelijk om uw werknemers een fitnessabonnement te bieden met belastingvoordeel. Op deze manier probeert de belastingdienst het sportgedrag van werknemers te stimuleren. Tegenwoordig kan een werknemer een eigen fitnesscentrum uitzoeken en de kosten bij de werkgever indienen. Deze verrekent ze als vanouds met het brutoloon, waardoor zowel werknemer als werkgever besparen.

Wanneer de werkgever er zorg voor draagt dat de kosten niet buiten de forfaitaire ruimte komen, zal er geen eindheffing plaats vinden. Tevens is er niet langer de noodzaak uitgaven minutieus op te splitsen per werknemer. De belastingdienst heeft met de komst van de Werkkostenregeling de administratie voor het doen van vergoedingen en verstrekkingen als werkgever flink versimpeld.