Checklists
Laatst gewijzigd op: 30 maart 2023

Wat kan je doen bij een verstoorde werk-privébalans

Door tijd en plaats onafhankelijk werken geldt voor de meeste werknemers dat werk en privé zo met elkaar zijn vervlochten dat ze elkaar zo beïnvloeden. Dat kan ten koste gaan van het privéleven en dat heeft dan weer grote invloed op het werkend leven. Denk aan werknemers die tevens mantelzorger zijn of werknemers die net ouder zijn geworden. Als HR-professional ben je verantwoordelijk voor de gezondheid, veiligheid en het welzijn op het werk. Om te voorkomen dat werk-privé in disbalans zijn, kan je als HR-verantwoordelijke maatregelen nemen. Welke dat zijn, kan je vinden in deze checklist. 

Een verstoorde werk-privébalans?

Volgens de Sociaal Economische Raad is sprake van een verstoorde werk-privébalans als de eisen die aan het werk en in de privésfeer worden gesteld onverenigbaar zijn. Dat levert stress op met alle gevolgen van dien. Om een vinger aan de pols te houden is het raadzaam om in de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) en in het bijbehorende Plan van Aanpak aandacht te besteden aan: 

  • Psychosociale arbeidsbelasting; 
  • Maatregelen in het Plan van Aanpak om een verstoorde werk-privé-balans te voorkomen; 
  • Arbeidsomstandigheden in het geval van thuiswerken die van invloed kunnen zijn op de werk-privébalans

Maak binnen je organisatie bekend dat er een arbeidsomstandighedenspreekuur is waarvan ook werknemers met een (dreigende) verstoring van de werk-privébalans hiervan gebruik kunnen maken. 

Interventies bij een verstoorde werk-privébalans

Is er sprake van een verstoring van de werk-privébalans, zijn de volgende maatregelen mogelijk: 

  • Flexibel werken: bied werknemers flexibiliteit aan in werkschema’s en/of werklocaties; 
  • Resultaatgericht werken: beoordeel werknemers op de kwaliteit van arbeid en niet op het aantal aanwezige uren; 
  • Introductie van lean werken: ga samen met de werknemer na hoe je de werkprocessen inricht en de urenindeling per dag; 
  • Zelf-roostering: geef werknemers meer inspraak bij het inroosteren; 
  • Aanpassing ploegendiensten: beperk de lengte van de dienst en de duur van de dienstreeks (maximaal 3-4 dagen). 

Besteed in de gesprekken met werknemers aandacht aan de werk-privébalans en zet een van bovenstaande interventies in als uit die gesprekken een verstoorde werk-privébalans blijkt. 

Thuiswerken

Thuiswerken en hybride werken is niet meer weg te denken. Toch ervaart elke werknemer thuiswerken anders. Zo kan thuiswerken positief of negatief worden ervaren in de werk-privébalans. Zo zal een net afgestudeerde werknemer die nog in een studentenhuis woont naar alle waarschijnlijkheid liever naar kantoor gaan dan een werknemer die riant woont en zich in de herfst van zijn of haar carrière bevindt. Als je in gesprek gaat met je medewerker over hybride werken of thuiswerken, denk dan aan de volgende zaken: 

  • Wat is de thuissituatie in verband met thuiswerken;
  • Voorkom langer doorwerken bij thuiswerken en neem net als op kantoor tijd voor de lunch;
  • Plan overleg tussen 10:00 en 15:00 uur zodat de medewerker voldoende uitwerktijd heeft;
  • Voldoende tijd inruimen om te bewegen;
  • Gebruik geen werkgerelateerde technologie na kantooruren;
  • De gewenste autonomie in het uit te voeren werk.

Voorzie medewerkers van goede technologische voorzieningen en deugdelijk en instelbaar kantoormeubilair. Adviseer de medewerker om in een aparte ruimte te werken waar het klimaat goed te regelen is.

Adviseer thuiswerkers met een (dreigende) verstoring van de werk-privébalans te stoppen met thuis langer doorwerken dan op het werk en het gebruik van werkgerelateerde technologie buiten kantooruren. Als dat niet helpt, beperk of stop met de thuiswerkdagen.