Nieuws
Publicatiedatum: 8 februari 2024 | Geschreven door: Eugenia Melissen Ferrer
werk-privé balans

Werk-privébalans: nieuwe richtlijn

Met de Multidisciplinaire preventieve richtlijn werk-privébalans kunnen arboprofessionals herkennen welke werknemers een verhoogd risico lopen op gezondheidsklachten en verzuim door een verstoorde werk-privé balans. De richtlijn is opgesteld door de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB) en bevat nu nieuwe informatie over de RI&E, preventie en een nieuwe module over thuiswerken.

Preventieve maatregelen

In de richtlijn werk-privébalans staat dat in een RI&E ook aandacht moet zijn voor psychosociale arbeidsbelasting, afwijkende arbeidsomstandigheden bij thuiswerken en (voorgenomen) preventieve maatregelen in het Plan van Aanpak. In een preventief medisch onderzoek (PMO) of periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) kan de werk-privébalans, de herstelbehoefte en mate van ontevredenheid met het werk verder worden beoordeeld.

Interventies

Mogelijke interventies van de werkgever voor een betere balans werk-privé van werknemers zijn:

  • flexibiliteit in schema’s of werklocatie;
  • beoordeling van werk op kwaliteit in plaats van tijd. Voor deze nieuwe manier van werken kunnen eventueel trainingen worden gegeven aan zowel werknemers als management
  • werknemers betrekken bij het beoordelen en verbeteren van de werkprocessen en van de werkdag;
  • inspraak geven in de roostering;
  • heldere afspraken over gezond roosteren en de lengte van ploegendiensten (maximaal negen uur per dienst en acht uur bij nachtdienst en niet langer dan 3-4 diensten). Betrek hierbij de ondernemingsraad, want de OR heeft instemmingsrecht bij de vaststelling of wijziging van een rooster.

Thuiswerken

In de richtlijn staan ook preventieve maatregelen rondom thuiswerken. Zo moet de leidinggevende inzien dat hij een belangrijke schakel is in het bevorderen van de werk-privébalans van werknemers. Verder kan de bedrijfsarts de werkgever adviseren om het thuiswerken periodiek met werknemers te bespreken en gunstige thuiswerkomstandigheden faciliteren. Tenslotte kan de bedrijfsarts werknemers stimuleren om thuis niet langer door te werken of met de werknemer en werkgever om tafel zitten en oplossingsgerichte maatregelen op maat bespreken.