CNV: ‘58% van werkend Nederland wil 30-urige werkweek’
Vakbond CNV heeft Maurice de Hond opnieuw ingeschakeld voor een onderzoek, waaruit blijkt dat de meerderheid van werkend Nederland (58%) voorstander is van een 30-urige werkweek. Helaas is er niet bij gevraagd of dat met behoud van 100% van loon zou zijn, of juist met een bijbehorende verlaging van het salaris. Door die olifant in de kamer niet te benoemen, is het makkelijk ‘ja’ zeggen op zo’n vraag.
In 2019 positiever
Al eerder deed De Hond eenzelfde onderzoek, in 2029. Toen waren de antwoorden zeer vergelijkbaar en zelfs nog iets positiever over de 30-urige werkweek. Het eerste deel zijn algemene stellingen, die uitnodigen om positief te reageren: ‘Ik wil meer tijd voor mijn privéleven’, ‘Ik vind vijf dagen werken niet meer van deze tijd’, ‘Ik ben voorstander van een kortere werkweek’. Wie zegt daar nu nee op. En na drie keer ja zeggen, kan je al bijna geen nee meer zeggen op de volgende stelling ‘Ik ben voorstander van een 30-urige werkweek’.
Minderheden
Het tweede deel van het onderzoek gaat in op de positieve effecten van de 30-urige werkweek. 71% verwacht in algemene zin een betere balans werk-privé, 58% verwacht minder burn outs, 57% verwacht een lager ziekteverzuim. Daarna worden dezelfde vragen herhaald, maar nu betrokken op de persoonlijke effecten van de respondent. Meerderheden worden dan ineens minderheden: 40% verwacht minder kans te maken op een persoonlijke burn out, 44% denkt meer tijd te hebben voor mantelzorg en slechts 27% gaat sneller een opleiding volgen.
Niet productiever
De meest interessante vraag is de laatste: worden respondenten effectiever en productiever na invoering van een 30-urige werkweek? Twee weken geleden was de conclusie van een pilot in Engeland dat er nauwelijks productiviteitsverlies optreedt als werknemers met 100% van het salaris nog maar 80% van de werkweek werken. Helaas, dat blijkt in Nederland toch anders te liggen. In het CNV-onderzoek verwacht niet meer dan 50% van de mannen en 36% van de vrouwen effectiever te worden. Een grotere groep denkt juist van niet. Waarom zouden werkgevers dan instemmen met een kortere werkweek?