Nieuws
Publicatiedatum: 24 maart 2022 | Geschreven door: Hans Delissen
zieke werknemer

Rechter wijst slecht gefundeerd beroep op concurrentiebeding af

Een verhuurder van kranen en andere machines voor bouw en industrie uit Sittard ziet een werknemer overstappen naar een bedrijf in Weert dat gespecialiseerd is machines voor het uitrijden van mest. De oude werkgever stapt naar de rechter en wijst daarbij op het concurrentiebeding, waarin onder meer staat dat een werknemer in de eerste twee jaar na uitdiensttreding zelf geen concurrerend bedrijf mag beginnen, geen vergelijkbare producten of diensten aan klanten van de werkgever mag leveren en geen producten of diensten van de leverancier van de werkgever mag afnemen.

Verweer

De vertrokken werknemer en de nieuwe werkgever voeren aan dat hier geen sprake van is op alle drie aspecten van het concurrentiebeding. Ze wijzen de eis van de oude werkgever af, die een boete wil van € 2.500 plus € 250 per dag dat de werknemer in dienst is bij de nieuwe werkgever. Plus een boete van € 1.000 per dag als de werknemer toch in dienst blijft bij de nieuwe werkgever. In plaats daarvan eisen ze dat de oude werkgever de proceskosten betaalt.

Uitspraak rechter

Op 8 maart doet de kantonrechter in Roermond uitspraak. De rechter vindt dat de oude werkgever niet aannemelijk heeft gemaakt dat de nieuwe werkgever baat heeft bij het in dienst treden van de werknemer. Er is ook geen sprake van het leveren van diensten aan oude klanten of het betrekken van diensten van dezelfde leveranciers. Dus vervalt de grond onder het van toepassing verklaren van volgens de rechter ook slecht geformuleerde concurrentiebeding. De oude werkgever wordt op alle fronten in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten betalen.