Nieuws
Publicatiedatum: 11 juni 2024 | Geschreven door: Eugenia Melissen Ferrer
discriminatie

Discriminatie moslima’s op de arbeidsmarkt is alledaags

Werkgevers discrimineren moslima’s in alle fasen van het arbeidsproces: bij het solliciteren naar werk of stage, bij sollicitaties, op de werkvloer, en bij promotie. De discriminatie is alledaags en groter wanneer een moslima een hoofddoek draagt. Discriminatie komt voor in alle sectoren, maar is het grootst in de retail, de zakelijke dienstverlening en bij beroepen waar klantcontact nodig is. Dat blijkt uit een studie van de Radboud Universiteit in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken. De rapportage is op 4 juni doorgestuurd aan de Tweede Kamer.

Micro-agressie

De discriminatie uit zich vooral in de vorm van micro-agressie. Dat is een subtiele, vaak niet openlijke manier van ongewenst gedrag in de vorm van pesten, niet duidelijk zichtbaar, soms moeilijk herkenbaar en vaak weggewuifd als iets kleins. Van de vrouwen met een Turks-Nederlandse achtergrond die een hoofddoek dragen heeft 43% ooit discriminatie op stage of werk ervaren (zonder hoofddoek 38%). Voor Marokkaans-Nederlandse vrouwen met een hoofddoek gaat het om 37% (zonder hoofddoek 29%).

Wet gelijke kansen

Als het aan het demissionaire kabinet had gelegen, waren er strengere regels gekomen om discriminatie bij werving en selectie tegen te gaan. Maar op 28 maart stemde de Eerste Kamer tegen de aannamen van de Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie. Het is aan het nieuwe kabinet om met andere plannen te komen om discriminatie op de werkvloer effectief tegengaan.